Mariadistel – Bescherming & ontgifting van de lever

27 augustus 2021

medibib-2021-week35-mariadistel

Een mooie distel met krachtige medicinale eigenschappen

Mariadistel (Silybum Marianum) is een winterharde een- of tweejarige plant behorende tot de Composieten- of Asterfamilie (Asteraceae) waartoe ook madeliefjes en andere distels horen. Mariadistel is een inheemse plant en groeit van nature uit in Zuid- en Midden-Europa, maar ook in Noord-Afrika en Klein Azië. Intussen is mariadistel adventief in onze streken terechtgekomen en in bepaalde landen zoals Duitsland zelfs een beschermde plant.

Vanwaar de naam mariadistel en Silybum Marianum?

Discorides, de Griekse pionier van de kruidengeneeskunde gebruikte het woord “silybon” voor distelplanten, terwijl “Carduus” hiervoor de Latijnse naam is. Dat mariadistel in de volksmond ook wel Onzelievevrouwdistel of melkdistel wordt genoemd, steunt op de legende dat de witte vlekken op de plant afkomstig zouden zijn van de melkdruppels uit de boezem van Maria, toen ze met de pasgeboren Jezus voor Herodes naar Egypte moest vluchten en Hem verborg onder de grote bladeren van een distel.

Beschrijving van de mariadistel

Mariadistel wordt doorgaans zo’n 1,5 tot 3 meter hoog met een gegroefde, licht wollige tot spinnenwebachtige behaarde stengel. De wasachtige bladeren vertonen witte vlekken en nerven en aan de rand geelachtige stekels die een melkachtig sap afscheiden als je ze breekt. De onderste bladeren zijn langwerpig, bochtig en veerlobbig terwijl de bovenste eerder lancet- of hartvormig zijn en de stengel omvatten.
Mariadistel bloeit in juli en augustus met eindstandige, halfbolvormige roos-paarse, soms witte bloemhoofdjes van 3 tot 6 cm doorsnede, bestaande uit buisbloempjes. Deze bloembol wordt beschermd door gekromde stekelige schutbladeren. De bloembodem is dicht behaard en onderaan tot een ring vergroeid. Op het einde van de zomer kun je de zaadhoofden oogsten. De vrucht is als een glanzend bruinzwart nootje met wit vruchtpluis.

Mariadistel doorheen de geschiedenis

  • De Oude Grieken en Romeinen gebruikten mariadistel al gemengd met honing bij hoest en longontstekingen.
  • De Romein Plinius de Oudere zag mariadistel als een uitstekend kruid om gal af te drijven.
  • In de oudheid werd de bloem vaak gegeten als artisjok, de zaden gebruikt als een soort cafeïnevrije koffie, de jonge blaadjes gekookt zoals spinazie en de bloemstelen gegeten als asperges.
  • In de Middeleeuwen werd de plant gebruikt bij lever- en miltproblemen, geelzucht, galkolieken, bloederige diarree en chronische hoest.
  • Nadien werd de leverbeschermende werking van mariadistel als zijn belangrijkste eigenschap gezien. De Duitse arts Lonicerus beschreef voor het eerst de werking tegen leverziekten in zijn kruidenboek.
  • In 1954 ontdekte men dat de heilzame werking van mariadistel vooral te danken is aan een flavonoïdencomplex dat de naam silymarine kreeg.
  • Sinds de jaren 70 van de vorige eeuw is mariadistel een van de meest onderzochte geneeskrachtige planten waarvan de leverbeschermende eigenschappen intussen duidelijk en wetenschappelijk zijn aangetoond. Zo blijken dieren die mariadistel eten immuun te zijn voor de knolalamiet, een dodelijk giftige paddenstoel die onherstelbare leverschade veroorzaakt.

De werkzame stoffen in mariadistel

Voor medicinaal gebruik worden de zaden gebruikt, die na de bloei uit het bloemhoofdje worden geklopt. De pluisjes worden niet gebruikt. Het actieve complex van de mariadistelzaden is een lipofiel extract uit de zaden van de plant dat samengesteld is uit drie isomere flavonolignanen waarvan silybine, silydianine en silychristine, gezamenlijk bekend onder de naam silymarine. Daarvan is silybine de component met de grootste bioactiviteit en vormt 50 % tot 70 % van het silymarinecomplex.
Daarnaast bevat mariadistel ook flavonoïden zoals quercetine, dihydrokaemferol en kaemferol, sterolen zoals cholesterol, campesterol, stigmasterol en sitosterol, olie, bitterstoffen, aminozuren, suikers, slijmstoffen, etherische olie en bittere harszuren.

Mariadistel ter bescherming van de lever tegen toxische stoffen

Bij inname van een toxische stof zal de lever als eerste aangetast worden. In ernstige gevallen kan dit leiden tot de dood.
  • Mariadistel heeft de wonderlijke eigenschap om ervoor te zorgen dat de levercelmembranen zo veranderen dat toxines afkomstig van alcohol, medicijnen (paracetamol, ibuprofen, chloroform …), drugs, paddenstoelen (groene knolalamiet, vliegenzwam), schadelijke stofwisselingsproducten, voedingsadditieven (geur-, kleur-, smaak- en bewaarmiddelen), tetrachloorkoolstof, stralingsproducten, ijzerstapeling of chemicaliën afkomstig uit het milieu, verven, lijmen, oplosmiddelen er niet doorkunnen en de levercellen niet kunnen beschadigen.
  • Mariadistel stimuleert de aanmaak van nieuwe levercellen (hepatocyten) na beschadiging door toxines en vertraagt het proces van door toxine geïnduceerde leverziekten.
  • Silymarine heeft een sterkere antioxidante werking dan vitamine E en voorkomt lipidenperoxidatie en dus leverbeschadiging door gifstoffen en stofwisselingsproducten.
  • Via verschillende detoxificatiepaden is silymarine in staat om de lever drastisch te ontgiften.
  • Silymarine wordt met succes ingezet voor de behandeling van diverse chronische leveraandoedingen zoals alcoholische hepatitis met leververvetting, acute en chronische virale hepatitis, leverinsufficiëntie, levercirrose veroorzaakt door alcohol, medicijnen, ijzerstapelingsziekte (hemochromatose), chronische hepatitis of diabetes.
  • Silymarine heeft ook een positief effect op leververvetting (steatohepatitis, steatose), leverzwelling, levercongestie.
  • Silymarine heeft een beschermend effect bij voedselvergiftiging
  • Mariadistel heeft een anti-inflammatoire werking en vermindert ontstekingsverschijnselen in de lever en remt fibrosevorming als gevolg van leverontsteking.
  • Als krachtige antioxidant is mariadistel eveneens werkzaam in het maagdarmkanaal onder andere door de glutathionstatus te verhogen, een lichaamseigen antioxidant.
  • Mariadistel heeft bewezen positieve effecten bij een verstoorde leverfunctie wat zich uit in constipatie, vermoeidheid, een slechte adem of hoofdpijn, en verstoorde serumparameters zoals AST, ALT, GGT, GOT, GPT, alkalische fosfatase, bilirubine, cholesterol, albumine.
  • Ook huidziekten ten gevolge van leveraandoeningen zoals eczeem, psoriasis en acné rosacea kunnen met mariadistel behandeld worden.

Mariadistel en de galvorming

  • Mariadistel stimuleert niet alleen de vorming van gal maar ook de afdrijving ervan. Gal is belangrijk voor de vertering van vetstoffen. Hier schieten de bitterstoffen in mariadistel te hulp om de triglyceriden- en cholesterolniveaus te doen zakken. Een te hoge triglyceridenstatus staat in verband met hart- en vaatziekten.
  • Daarnaast kan mariadistel ingezet worden bij een moeilijke vertering van vetten (dyspepsie van vetten), om galstenen te voorkomen, bij zwangerschapsjeuk (zwangerschapscholestase) ten gevolge van galstuwing en verhoogde galuitscheiding in het bloed, en reisziekte.

Mariadistel en de portale bloedcirculatie

De portale circulatie is de bloedstroom die gaat van de ingewanden naar de lever. De functie van de poortader (vena porta) bestaat erin om zuurstofarm, voedingsstofrijk bloed te sturen naar de darm, de maag, de milt en de lever.
  • Mariadistel bevordert de abdominale circulatie van de poortader in de buikstreek.
  • Wanneer de bloeddruk te laag is omwille van een leveraandoening of portale hoge bloeddruk is mariadistel in staat om de bloeddruk naar gezonde waarden te verhogen.
  • Door de portale circulatie te verbeteren is mariadistel ook bloedstelpend ter hoogte van de organen van het kleine bekken en kan het ingezet worden bij aambeien, spataderen, spataderzweren, neusbloedingen of slokdarmbloedingen die in verband staan met een overdruk in de portale bloedvaten, een overvloedige menstruatie en abnormale baarmoederbloedingen.

Overige medicinale eigenschappen van mariadistel

Naast bovengenoemde primaire geneeskrachtige eigenschappen, zijn ook nog een aantal secundaire eigenschappen van mariadistel gekend:
  • Behalve de lever beschermt mariadistel ook de nieren tegen toxische stoffen
  • De namen melkdistel, Milk thistle en Liebfrauenmilch duiden wellicht op zijn stimulerend effect op de productie van moedermelk.
  • Mariadistel beschermt de pancreas en draagt bij tot vermindering van de bloedsuikerspiegel
  • Verder is mariadistel vochtafdrijvend (diuretisch), bloedzuiverend (depurativum), krampopheffend (spasmolytisch) en koortswerend (antipyretisch)

Nevenwerkingen en veiligheid

  • Mariadistel is doorgaans zeer veilig bij de aangegeven doses en wordt algemeen goed verdragen, ook bij langdurig gebruik. Er zijn geen meldingen van chronische toxiciteit.
  • Door zijn ontgiftende werking kunnen er eventueel wel tijdelijke klachten ontstaan zoals hoofdpijn, misselijkheid, duizeligheid, een opgeblazen gevoel, winderigheid, een onregelmatige stoelgang of diarree. Deze klachten zijn echter tijdelijk en kunnen vermeden of verminderd worden door de doses geleidelijk op te voeren.
  • In zeer zeldzame gevallen kan een allergische reactie ontstaan zoals netelroos of gewrichtspijn. Bespreek dit met je arts of therapeut. Bij een allergie op planten uit de asterfamilie is kruisallergie mogelijk.
  • Kies altijd betrouwbare, gestandaardiseerde preparaten
  • Zoals voor de meeste fytonutriënten zijn er onvoldoende gegevens om de veiligheid te garanderen bij zwangerschap en borstvoeding
De hierboven vernoemde informatie over mariadistel is gebaseerd op de informatie uit het Groot Handboek Geneeskrachtige Planten van Geert Verhelst, een wetenschappelijk standaardwerk over medicinale planten dat gebruikt wordt in de fytotherapie.