Stikstofproblematiek in Lage Laden

23 december 2022

medibib-blogs2022-week52-stikstof
Planten en dieren in de Lage Landen kreunen onder de enorme hoeveelheden stikstof in de lucht en in de bodem. Vooral de landbouw, het verkeer en de bouwsector zijn grote boosdoeners. In Nederland is de politiek volop bezig met het opzetten van een streng stikstofbeleid om de stikstoflast in de natuurgebieden terug te dringen. Het gevolg is dat de verlening van vergunningen voor nieuwe wegen, woonprojecten en stallen vastloopt. Intussen werkt Vlaanderen ook aan maatregelen. En dit maakt de boeren zenuwachtig en boos.
Maar waar gaat dit eigenlijk allemaal over? Is stikstof nu zo gevaarlijk voor de mens en de natuur? We proberen in dit artikel wat meer duidelijkheid te scheppen over de kwestie.

Wat is stikstof?
Op zich is stikstof helemaal geen gevaarlijke stof. Stikstof is een kleur- en reukloos gas dat alom tegenwoordig is. Zo bestaat de lucht die we inademen zelfs voor 78% uit stikstof. Mensen, dieren, planten, kortom, de natuur kunnen gewoonweg niet zonder stikstof.  

Wat is dan het probleem met stikstof?
Stikstof wordt pas een probleem als het in de lucht een verbinding aangaat met zuurstof en stikstofoxiden (NOx) vormt of met waterstof en ammoniak vormt (NH3). Beide zijn reactieve stikstofverbindingen. In ‘normale’ hoeveelheden zijn deze stikstofverbindingen ook onmisbaar voor het leven op aarde. Het probleem zit hem echter in het feit dat er tegenwoordig veel te veel reactieve stikstofverbindingen gevormd worden.
Stikstofoxiden worden vooral in de lucht uitgestoten bij verbrandingsprocessen in het verkeer, de industrie en de verwarming van gebouwen. Ammoniak is grotendeels afkomstig van dieren in de veeteelt, maar voor een deel ook van de industrie, de bouw en het verkeer. Om hun land te bemesten gebruiken boeren mest van dieren en kunstmest. Wanneer in de stallen de uitwerpselen en de urine van koeien en varkens in contact komen met mest ontstaat een modderige, vloeibare drijfmest. In verbinding met zuurstof ontstaat hieruit ammoniak. De helft is afkomstig van melkveehouders.
Als de media het over stikstof heeft, bedoelen ze eigenlijk de overmatige uitstoot en neerslag van beide soorten reactieve stikstofverbindingen. In dit artikel zullen we gemakshalve verder spreken over kortweg stikstof.

Waarom is te veel stikstof schadelijk?
  • Te veel neerslag van reactieve stikstof verzuurt de bodem waardoor bepaalde plantsoorten kunnen afsterven terwijl planten die goed gedijen op stikstofrijke grond de overhand krijgen en andere planten gaan verdringen. Een typisch voorbeeld is de vergrassing van heide. Daardoor neemt de biodiversiteit af wat rechtstreekse gevolgen heeft voor de hele keten. Wanneer plantsoorten verdwijnen wordt het hele ecosysteem bedreigd: insecten, bijen en andere dieren die het juiste voedsel niet meer vinden verdwijnen, de bestuiving van gewassen komt in het gedrang, enz.
  • Bodemverzuring zorgt er ook voor dat toxische aluminium vrijkomt en essentiële elementen zoals kalium, magnesium en calcium minder beschikbaar worden.
  • Stikstofdepositie zorgt ook voor een verhoogde gevoeligheid van planten voor stressfactoren zoals droogte, ziekteverwekkers en vorst.
  • Ammoniak en stikstofoxide reageren in de lucht en vormen fijnstof dat zowel de grond, het oppervlakte- en het drinkwater vervuilt. Stikstofoxide draagt ook bij tot de vorming van ozon. Luchtverontreiniging ten gevolge van ozon en fijnstof verhoogt het risico op luchtwegaandoeningen.
Stikstofterminologie
Om de stikstofproblematiek goed te begrijpen is het belangrijk om drie termen goed te kennen:
  • Concentratie: de hoeveel stikstof in de lucht
  • Emissie of uitstoot: de stikstof die in de lucht komt
  • Depositie of neerslag: de stikstof in/op de grond

Waarom vooral in de Lage Landen zo’n heisa over stikstof?

Het klopt dat men momenteel vooral in België en Nederland strenge maatregelen oplegt om de veel te hoge stikstofemissie in te dijken. Het probleem sleept eigenlijk al meer dan 40 jaren aan. In de jaren 80 sprak met nog over “zure regen”, een neerslagcombinatie van stikstofoxide, ammoniak en zwavel. Intussen is in Europa de zwaveluitstoot met 90% en de stikstofoxiden met driekwart teruggedrongen. Dit hebben we te danken aan maatregelen die opgelegd zijn in fabrieken, de energiesector en het verkeer. De invoering van de katalysator is daar een goed voorbeeld van.
Door de invoering van strengere mestregels in de jaren 90 is ook de ammoniakuitstoot sterk verminderd. Maar door de Europese afschaffing van het melkquotum in 2015 nam de veestapel fors toe. Meer koeien betekent ook meer ammoniak, waardoor de daling stagneerde.

Vooral landen met een heel grote veestapel zoals België en Nederland hebben er last van. Maar dergelijke veestapels vind je ook in delen van Duitsland, in Denemarken, Bretagne (Frankrijk) en de Po-vlakte (Noord-Italië). Het grote probleem bij ons is echter dat wij kleine landen zijn met een grote veestapel, terwijl het probleem in andere landen zich op een relatief klein stukje land voordoet. Maar door de hoge uitstoot wordt kwetsbare natuur bedreigd waarvan Europa zegt dat we die moeten beschermen …   
Bovenstaande grafiek van Eurostat toont aan dat Nederland de hoogste stikstofuitstoot heeft per hectare grondgebied. België staat op de derde plaats. 
 

Maar waarom hebben wij zo’n grote veestapel?

Gewoonweg omdat veeteelt al meer dan een eeuw het verdienmodel is van de Lage Landen. Door een steeds intensievere veeteelt zijn we meer kunstmest gaan gebruiken. Dit had als resultaat dat onze voedselproductie en onze export van landbouwproducten sterk gegroeid zijn. Wij zijn daar gewoonweg goed in.
 

De stikstofproblematiek in cijfers uitgedrukt

Vlaanderen

  • Volgens de Vlaamse Milieumaatschappij is het spreekwoordelijke stikstofdeken in Vlaanderen niet overal even dik. In het centrum van West-Vlaanderen en in de Noorderkempen, twee gebieden waar aan intensieve veeteelt wordt gedaan, bedraagt de depositie (neerslag) lokaal meer dan 40 kilogram per hectare per jaar. Ook in de buurt van belangrijke autowegen is de stikstofdepositie merkbaar hoger.
  • De stikstofneerslag is voor ongeveer 60% afkomstig uit ammoniak, voor 31% uit stikstofoxiden en 9% uit opgeloste organische stikstof.
  • 60% van de ammoniakdepositie wordt voornamelijk veroorzaakt door emissies vanuit de Vlaamse landbouw, de helft van melkveehouders.
  • 48% van de totale stikstofoxidendepositie in Vlaanderen waait over vanuit het buitenland, 52% komt van het binnenland. Niet dat we zelf vrijuit gaan, we exporteren bijna 3x zo veel stikstofoxiden dan we importeren.
  • Kijken we naar de binnenlandse stikstofbronnen dat zien we dat de landbouw (45%) en het verkeer (35%) de grootste hap nemen. Het aandeel van overige sectoren zoals handel en diensten (1%), huishoudens (3%), industrie (11%), energie (3%) is in deze context verwaarloosbaar. Geen wonder dat precies de landbouw en het verkeer geviseerd worden.

Nederland

  • Volgens het Nederlandse Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) wordt 2/3 van de stikstofdepositie in Nederland zelf veroorzaakt door de landbouw (40%), het verkeer (11%) en de industrie (9%). De landbouw is dus hier ook de grootste boosdoener.
  • Het resterende 1/3 deel gaat om stikstof vanuit het buitenland zoals Duitsland. Anderzijds moeten we ook toegeven dat Nederland bijna 4x zoveel stikstof via de lucht exporteert dan importeert.
  • In Nederland werd onlangs een top 100-lijst gepubliceerd met bedrijven die het meeste ammoniak en stikstofoxiden uitstoot. 90/100 ammoniakuitstoters zijn veehouderijen. De 3 grootste uitstoters zijn industriële bedrijven.

Boerenprotesten volgen elkaar op

Hoewel te veel reactieve stikstofverbindingen schadelijk zijn voor alle levende wezens en de natuur, zet het stikstofbeleid vooral in op de bescherming van natuurgebieden zoals opgelegd door de Europese Unie. Zo moet de stikstofuitstoot drastisch verminderen in de omgeving van natuurgebieden en waterlopen. Dit heeft als gevolg dat veel boeren hun veestapel moeten verkleinen, en voor sommige betekent het dat ze hun bedrijf zullen moeten stopzetten. En dit zet kwaad bloed op bij de boeren. Heel wat onder hen hebben door het steeds veranderend beleid al veel geïnvesteerd, anderen zien dan weer hun levensbestaan wegkwijnen of helemaal verdwijnen.
 

Het stikstofbeleid en Natura2000

Natura2000 is een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden op het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. Dit netwerk omvat alle gebieden die beschermd zijn op grond van de Vogelrichtlijn van 1979 en de Habitatrichtlijn van 1992 en vormt hiermee de hoeksteen van het beleid van de Europese Unie voor het behoud en het herstel van biodiversiteit. De Vogelrichtlijn beschermt zeldzame vogelsoorten, de Habitatrichtlijn heeft tot doel de natuurlijke leefomgeving (biotoop) van planten en diersoorten te behouden.
Het Natura2000-netwerk heeft belangrijke gevolgen voor de ruimtelijke ordening, het verkeer, de landbouw en de industrie. Zo mogen veebedrijven in of nabij een Natura2000-gebied niet te veel ammoniak uitstoten, bedrijven en verkeerswegen mogen maar een beperkte geluidshinder produceren afhankelijk van de te beschermen fauna- en florasoorten. De lidstaten bepalen welke gebieden zij als Natura2000-gebied wensen te behouden en na goedkeuring krijgen ze hiervoor Europese subsidies. Het wordt dus duidelijk waarom Nederland en België zulke strenge normen willen hanteren om de stikstofuitstoot drastisch te verminderen.
 

Nog een hele weg te gaan

In 1990 werd voor maar liefst 99% van de totale oppervlakte van de Vlaamse natuur een overschrijding van de kritische last opgetekend. In 2016 is de overschrijding gezakt naar 82%. Dat betekent dat er nog een hele weg te gaan is om onze natuur te vrijwaren van een teveel aan reactieve stikstofverbindingen. Heel wat maatregelen om die uitstoot te verminderen doen ons echter dweilen met de kraan open. Die kraan moet dus dichtgedraaid worden en dat zal pijn doen.
Het stikstofdebat zal dus nog even aanslepen en valt niet toevallig samen met het klimaatdebat. En wetende dat een groot deel van de vleesproductie in Vlaanderen en Nederland bestemd is voor export, is het dan nog te hopen dat een vermindering van de veestapel bij ons niet uitdraait op een verschuiving van het probleem naar nieuwe oorden waar vlees geproduceerd zal worden. Een problematiek die nog geen licht aan het einde van de tunnel ziet …